|
Derde donderdag 23 juli 2002
Ook nu weer een redelijke nachtrust gehad,
af en toe even wakker geweest van een snurkende Fransman in de tent naast ons;
niet op hoeven te staan om naar de WC te gaan: Het went in de tent.
Douchen, ontbijten, opruimen, betalen en weg. Verblijfkosten voor 2 nachten: Euro 21,20.

Inpakken en wegwezen.
Het is prachtig weer. We vertrekken om 11 uur richting Vesoul.
Deze stad behoort niet meer tot het gebied van de Vogezen; we hebben hier geen informatiemateriaal over.
We rijden door naar Besançon, aankomst 13.00 uur. Aan de rand van de stad parkeren we de auto. Evenals Belfort is ook dit een vestingstad.
Het fort ligt op een berg aan de overkant van de stad, te ver om te bezoeken.
We hebben het ook wel een beetje gehad met die forten, dus zo erg vinden we dat niet.
Vanuit de parkeerplaats, langs stadmuren en een militair gebouw,
dalen we een aantal trappen af en zitten meteen in het centrum van de stad. Het eerste wat we zien is een zwerver,
die in een portiek ligt.
Op het terras van "La Brioche Dorée" eten we een "stokbrood gezond",
waarna we een stadswandeling maken.
Om kwart voor 3 vertrekken we om verder naar het zuiden te gaan.
We komen in het Juragebied terecht. Via de N83, een heerlijke weg om te rijden (airco en cruisecontrole aan) komen we o.a. door:
+ Quingey
+ Arbois (daar moet ik nog
eens ooit naar toe! Prachtige streek!)
+ Poligny
+ Lons-le-Saunier (drukke
stad, veel verkeer, smog met deze hitte)
+ Cuiseaux
+ Coligny
Voorbij Coligny zien we ergens een bordje met camping
aangegeven: dit volgen we en komen hierdoor in een totaal
afgelegen piepklein dorpje Salavre terecht. We vrezen
primitieve toestanden op deze camping en rijden zonder
te kijken terug naar de bewoonde wereld. Vooroordelen???
In St. Etienne-du-Bois gaan we bij het office du
tourisme om raad vragen en op korte afstand blijkt een
camping te liggen met 3 sterren. We hebben 142 km
gereden.
Even na
vijven slaan we onze tent op: Camping le Sevron heeft 33
plaatsen en ziet er erg leeg uit. We mogen zelf een plek
uitzoeken; vlakbij het toiletgebouw (is altijd handig,
hoef je niet ver te lopen) langs een riviertje. De
ligging van de camping is mooi, alleen ... vlakbij een
drukke verkeersweg, vlakbij een spoorlijn en er komen
regelmatig vliegtuigen over. Langzaam meen ik te
begrijpen waarom deze camping zo dunbevolkt is.

De volgende camping St. Etienne-du-Bois
We gaan te voet naar het dorpje op zoek naar een
restaurant. We eten bij restaurant "Le Boeuf Gros Sel",
waar we in het Engels! uitleg krijgen over de
samenstelling van het menu en dan nog snap ik maar de
helft. Ons woordenboekje helpt, maar het is een heel
gedoe. Het menu staat geschreven met krijt op een
schoolbord. Later begrijp ik waarom: als in de keuken
een gerecht op is, veegt de waard het gewoon uit. Ik
vind dat mannetje trouwens iets te beleefd en te
voorkomend. Het is ook nooit goed.
Terug op de camping blijkt die plotseling aardig vol
te staan, wat meteen merkbaar is aan de wc's en de
wasgelegenheid. Er zijn maar 2 bruikbare dames-wc's, 2
wascabines, 2 wastafels in open ruimte en 2 douches. Bij
de heren is dat niet royaler. Buiten is het gras gemaaid
en door het hele toiletgebouw zijn sporen van vers
gemaaid gras.
Ondanks het verkeerslawaai slapen we vrij goed.
Afgezien van een alarm dat plotsklaps afgaat bij mijn
eigen auto. Over de oorzaak zullen we het maar niet
hebben ...
Naar dag 4 >>> |